Thuiskomen…
Mijn naam is Luti Westerkamp en ik ben in 1959 geboren in Fak-Fak, in voormalig Nederlands Nieuw-Guinea. Ik voel me zeer verbonden met het land en de Papua’s. Mijn ouders, Bob Westerkamp en Erna van Kuik, hebben 11 jaar in Nieuw-Guinea in het onderwijs gewerkt. Toen ik in 1991 voor het eerst weer terug kwam in Papua was het echt ‘thuiskomen’. Puzzelstukjes van mijn leven vielen op hun plek. Als kind al voelde ik heimwee naar iets dat ik hier in Nederland miste. En daar was het!
Vroeger toen mijn ouders op Biak woonden, was wijlen Rachel Sawor, moeder van Vien Sawor en echtgenote van Zacharias Sawor, hulp bij ons in huis en zij heeft mijn tweelingbroer en mij altijd in bed toegestopt toen mijn moeder nog een tweeling had gekregen. Later toen zij met man en kinderen via Papua New Guinea naar Nederland vluchtten zijn we altijd goede vrienden gebleven. Zodoende is mijn band met Stichting Rajori een vanzelfsprekend feit.
Afgelopen zomer ben ik met mijn jongste zoon vier weken naar Papua geweest.Het was een heerlijke vakantie. De laatste week zijn we in het dorpje Aidiru verbleven, waar u allen zo gul hebt bijgedragen aan de bouw van 12 nieuwe huizen. Aidiru heeft een speciale plek in mijn hart. Het was de derde keer dat ik hier kwam. Toen we met een prauw Johnson aan kwamen varen zagen we de nieuwe huizen schitteren in de zon met hun roestvrije aluminium daken: een prachtig gezicht. Het dorp zag er vredig en goed verzorgd uit. We werden hartelijk ontvangen en er werd goed voor ons gezorgd. We hebben de mooiste plekjes in de omgeving gezien; de watervallen van Susdori en Urdori, schelpen gezocht en gesnorkeld op het nabij gelegen eiland Rani. Het was geweldig! De schoonheid, de rust en de gastvrijheid van dit land en de mensen vergeten we nooit meer.
De laatste avond was het feest. Wij hebben cadeautjes uitgedeeld en een clownsvoorstelling gegeven. Zij hebben tot diep in de nacht liedjes gezongen en muziek gespeeld. En natuurlijk hebben we ook “”yospan”” gedanst. Het huis zwiepte heen en weer maar heeft het goed gehouden.
Midden in de nacht ging het plotseling heel hard waaien. De wind gierde door de huizen. Iedereen werd wakker, kinderen huilden. Maar zo plots als de wind gekomen was, hield het ook weer op. En de volgende ochtend stond er een prachtige regenboog aan de horizon voor ons huis, als een afscheidsgroet van Aidiru: “”Selamat Jalan!””